Inflatie
Inflatie staat voor waardevermindering van het geld, onder meer door het op grote schaal uitgeven van ongedekt bankpapier. In de medische wereld wordt inflatie ook gebruikt als term voor opgeblazenheid van de buik door gassen(1). Door de economische stagnatie worden we minder met financiële inflatie geconfronteerd. Maar hoe staat het in de culturele wereld?
Voor mij ligt Traditie, een speciale uitgave van het Kenniscentrum Immaterieel Cultureel Erfgoed Nederland. Nu het Kenniscentrum (voorheen het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed) drie jaar werking achter de rug heeft, is het de bedoeling de lezer te laten kennismaken met tradities die ondertussen op de Nationale Inventaris staan. De afleveringen van het tijdschrift zijn steeds verzorgd en van heel wat fotomateriaal voorzien.
We maken kennis met een resem mooi geïllustreerde tradities. Sommige nemen indrukwekkende vormen aan, zoals het vreugdevuur van Scheveningen dat tussen oud- en nieuwjaar om middernacht wordt aangestoken. De brandstapel bestaat uit houten paletten die tot 25 meter hoog worden gestapeld. Als zo’n berg hout vuur vat, dienen de nodige veiligheidsmaatregelen genomen te worden, vooral wanneer op het strand een stevige wind waait(2). Ondertussen staan er al meer dan 70 gebruiken op de Nederlandse lijst van immaterieel erfgoed, waaronder ook Allerzielen(3).
We hebben al eerder aandacht gevraagd voor de Vlaamse lijst van immaterieel cultureel erfgoed. Sommige gebruiken krijgen zowel in Vlaanderen als Nederland een plaats, bijvoorbeeld het sinterklaasfeest en kermiscultuur(4).
Het aantal erkende tradities is nog beheersbaar. Ambtenaren staan klaar om indieners te helpen bij het indienen van een dossier. Eens een gebruik nationaal erkend, kan het een trapje hoger klimmen naar erkenning als UNESCO erfgoed. Wanneer we in de volkskunstwereld rondkijken, komen nog tientallen activiteiten in aanmerking om aan de lijst toegevoegd te worden. Het moet wel gaan om een nog steeds beoefende traditie. UNESCO legt immers de klemtoon op safeguarding: de tradities levendig houden door ze daadwerkelijk te beoefenen.
Zo komen we toch bij de vraag terecht: in hoeverre gaat het mechanisme niet aan inflatie lijden? In hoeverre staat het oprichten van de ene gesubsidieerde organisatie na de andere niet gelijk aan inflatie? Laten we wel eerlijk blijven: tal van deze organisaties vonden hun ontstaan in wat vrijwilligers met karige subsidies hebben opgebouwd. Gesubsidieerd worden en zelfs uitbreiden van het werkplatform, werd aanvankelijk gezien als een kroon op het werk. Maar dat is voor de meeste dezer organisaties 10 tot 15 jaar geleden. Nu moet het resterende en minstens even verdienstelijk vrijwilligerswerk aan de basis, via een professioneel gesubsidieerd niveau passeren om bijvoorbeeld een traditie te laten opnemen op de zogenaamde nationale lijsten. Een dossier opstellen is weer het werk van vrijwilligers. Of het immaterieel cultureel erfgoed in de inventaris komt of niet, het voortbestaan staat of valt met actieve beoefenaars, niet met de inventariserende administratie. Zelfs internationaal gaat het over een symbolische beloning.
De beste garantie voor safeguarding is een sterk netwerk van vrijwilligers die opereren in cultuurminnende levende gemeenschappen. Het woord ‘vrijwilliger’ duikt herhaaldelijk op. Er is zelfs een Internationale Dag van de Vrijwilliger of International Volunteering Day (IVD), dit jaar op 5 december jl. De vzw Vlaams Steunpunt voor Vrijwilligerswerk steekt iedere hardwerkende goede ziel een hart onder de riem met zijn slogan voor 2016: Iedere vrijwilliger telt. Jij bent onze nummer 1(5). Het Steunpunt (een van de vele in het leven geroepen steunpunten gedurende de jongste 15 jaar) overspant uiteraard heel wat meer dan verenigingsleven. Stilaan komen we tot het besef dat tal van openbare instellingen en nutsvoorzieningen zonder onbezoldigde vrijwilligers niet meer behoorlijk zullen kunnen blijven werken in de toekomst. Denken we hier maar aan musea, culturele centra, sportaccommodatie, maar ook ziekenhuizen, rust- en verzorgingstehuizen, scholen en zelfs universiteiten. De wereld van volkskunst draait al tientallen jaren op louter vrijwillige inzet en zelf gegenereerde financiële middelen. En dat is maar goed ook, want het vormt de beste garantie voor overtuigende continuïteit.
We stellen een robotfoto ter discussie van de gemiddelde vrijwilliger in de Vlaamse volkskunstsector.
De gemiddelde vrijwilliger
- Werkt per definitie gratis. In het beste geval is er een vergoeding voor onkosten voorzien.
- Wil andere mensen laten genieten van eigen kennen en kunnen.
- Is overbevraagd want hij/zij ziet noden en vult ze in naar eigen inzicht.
- Heeft neiging om solo te spelen en geraakt daardoor mogelijk geïsoleerd.
- Heeft specifieke interesses en vaardigheden die hij/zij met liefde beoefent.
- Wil zich tot op zekere hoogte onmisbaar maken.
- Komt na kortere of langere tijd tot de vaststelling dat het moeilijk is om de erkenning te krijgen waarop hij/zij recht heeft.
- Heeft de neiging om zich principieel op te stellen.
- Heeft de neiging om kritisch te staan ten opzichte van verandering.
- Wenst een zekere vrijheid van doen en denken, wat samenwerking met de administratieve sector kan bemoeilijken.
Filosofie of niet, vrijwilliger of niet, de sector van het immaterieel cultureel erfgoed staat voor grote uitdagingen. Vlaams Minister van Cultuur Sven Gatz diende een nota in voor de beleidsperiode 2014-2019. In zijn beleidsnota heeft de minister het over terugverdieneffecten van cultuur. Hij haalt de Vlaamse film aan als voorbeeld:
Het voorbeeld van onze Vlaamse film illustreert mooi hoe cultuur, naast een waarde op zich, een meerwaarde levert aan de hele samenleving en ook aan de economie. Cultuur is immers ook een motor en voedingsbodem voor innovatie, toerisme, lokale en regionale ontwikkeling, buitenlandse investeringen, bloeiende handel en creatieve economie(6)
Bij het aspect collectiegericht denken lezen we:
Tevens zal mijn aandacht uitgaan naar een duurzame digitale bewaring en ontsluiting, een publieksgerichte samenwerking tussen erfgoedgemeenschappen en –instellingen en naar een door Vlaanderen geregisseerde depotwerking(7)
Dat aspect is niet vreemd aan de werking van IVV, nu we steeds meer archieven beheren in nauwe samenwerking met KADOC(8). De Minister heeft oog voor de precaire toestand van de culturele sector door de manier van werken gedurende de voorbije 15 jaar:
De constante groei van structurele subsidies tijdens de voorbije legislaturen maakt dat de grens van het huidig subsidiemodel bereikt werd. De toen beschikbare middelen werden verdeeld over een groter aantal organisaties. Dit leidde tot versnippering en de facto een reëel verminderde slagkracht van elke individuele actor. Tegelijk werd het budget voor internationale werking alsmaar kleiner(9)
De beleidsnota heeft oog voor de vrijwilligers:
De sociaal-culturele sector staat voor toekomstgerichte uitdagingen. Het steunen op vrijwilligers is hierbij essentieel. Ik wil met de diverse stakeholders uit de betrokken domeinen waar vrijwilligerswerk fundamenteel is, een traject opzetten om een gecoördineerd vrijwilligersbeleid te ontwikkelen(10)
Hopelijk zal de minister zich niet bezondigen aan het opnieuw overstructureren van de omkadering. Het begrip vrijwilliger komt in ieder geval 15 keer voor in de nota.
Wellicht kunnen we inspiratie vinden in de kracht van de immer groene klimop (Hedera helix L.). Zelfs in stukjes gehakt komen er worteltjes uit de korte stengels, wortels die een vegetatieve voortplanting verzekeren, tot spijt van wie het benijdt en tot jolijt van wie het verblijdt.
Figuur: klimop, blad (boven) en bes (onder)(11)
Hoe de nota van Minister Sven Gatz zich concreet zal vertalen in besparingen en beperkingen, is nog niet duidelijk. De komende twee jaar werkt de gesubsidieerde sector aan beleidsplannen. IVV staat open voor uitnodigingen om inhoudelijk en feitelijk te ondersteunen waar nodig via structurele samenwerking. In afwachting wens ik in naam van IVV een rustig ritmisch en volkskundig geïnspireerd 2016 toe aan alle vrijwilligers en tevens alle structurele werkers die vrijwilligers een warm hart toedragen!
Alvast een vlotte overstap met zang en dans,
Gert Laekeman
Voorzitter IVV
(1) Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal. Geerts G en Heestermans H, mmv Kruyskamp C. Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpen 11de herziene druk 1989 p. 1181.
(2) Teske D. Verbeten strijd om het hoogste vuur. Traditie speciale editie 2015 pp. 12-16.
(3) http://immaterieelerfgoed.nl/nl/welkom geraadpleegd op 6 december 2015.
(4) http://www.kunstenenerfgoed.be/nl/inventaris-vlaanderen geraadpleegd op 6 december 2015.
(5) http://www.vlaanderenvrijwilligt.be/ geraadpleegd op 6 december 2015
(6) Gatz S. Beleidsnota 2014-2019 Cultuur p.9.
(7) Zie voetnoot 6.
(8) KADOC = Katholiek Documentatie Centrum van de KU Leuven.
(9) Gatz S. Beleidsnota 2014-2019 Cultuur p.21.
(10) Gatz S. Beleidsnota 2014-2019 Cultuur p.10.
(11) http://www.kuleuven-kulak.be/bioweb geraadpleegd op 6 december 2015